Kortom: internationale samenwerking en ‘Brussel’ zijn belangrijker dan ooit voor het realiseren van de regionale economische agenda.

Internationaal gezelschap bijeen in Breda

Gezamenlijke bijeenkomst BBNWE en R4R

Om de kans van slagen voor het opzetten van nieuwe business development- en innovatieprojecten te vergroten, zoeken onze business developers steeds vaker proactief de internationale samenwerking.

In dat kader hebben REWIN en Avans begin december een tweedaagse bijeenkomst georganiseerd met een vijftigtal buitenlandse participanten uit elf verschillende landen. Doel was om nieuwe samenwerkingsverbanden op te zetten om zo de uitvoering van onze regionale biobased agenda te versnellen.

REWIN is betrokken bij twee internationale biobased-projecten, namelijk Bio Base NWE (North West Europe) en R4R (Chemical Regions 4 Resource Efficiency). De tijd was rijp om de netwerken van de twee projecten bij elkaar te brengen en daarmee de in die afzonderlijke projecten geïdentificeerde samenwerkingsthema’s. De deelnemers aan de bijeenkomst kwamen dan ook voor een groot deel uit deze twee projecten, aangevuld met de eigen contacten van REWIN, Avans en de Biobased Delta. De bijeenkomst werd volledig mogelijk gemaakt vanuit de beide projecten.

Intensieve workshops

De eerste workshopdag vond plaats bij Avans in Breda. In intensieve workshops werden de diverse project-onderwerpen verder uitgediept: het opzetten van een netwerk van pilot plants, het bevorderen van het hergebruik van agroreststromen en het vaststellen van gezamenlijke educatiedoelen voor een netwerk van Europese HBO’s.

Op de tweede dag gingen de deelnemers aan de slag op de Green Chemistry Campus in Bergen op Zoom. De onderwerpen voor de workshops waren toen: gebruik van CO₂ als bouwsteen voor de chemie, educatie en het ondersteunen van biobased mkb clusters.

Resultaten

Door op deze manier intensief met elkaar samen te werken, is begin december de basis gelegd voor verschillende consortia voor bijna ieder van de benoemde thema’s. Op enkele onderwerpen zijn zelfs al de contouren van een project/programma benoemd.

Zo is er voor het hergebruik van agroreststromen al een outline  geschetst om samen met andere EU-partijen een aantal businesscases te ontwikkelen op te zetten.

Ook voor de Europese call voor ‘biobased MKB clusters’ zijn afspraken gemaakt om te komen tot een projectvoorstel. REWIN is daarbij door de deelnemers gevraagd om als projectleider op te treden. 

De ontwikkeling van businesscases en clusters via internationale samenwerking kan voor de regio West-Brabant op termijn voor nieuwe bedrijvigheid en daarmee werkgelegenheid zorgen. Actieve participatie in Europese projecten is goed voor de exposure van de regio en REWIN in ‘Brussel’.

Succes voor alle partners

Een groot deel van de internationale gasten nam aansluitend ook nog deel aan een seminar van Biorizon en een aantal bezocht de Bio Base Europe pilot plant in Gent.

De tweedaagse bijeenkomst was voor alle participanten een succes. Naast organisatoren REWIN en Avans leverden onder meer de volgende deelnemers daar een actieve bijdrage aan: SP Technology Institute of Sweden, Turku Science Park (Finland), Clib 2021 (Nord Rhein Westfalen), Szczecin University (Polen), TNO, Vito (België) en Bio Base Europe Pilot Plant (België), APCA (Frankrijk) en de Biopilot Process Facility (Delft).

Bio Base NWE Pilot Plant, Gent

 

Business developers Biobased Economy Dennis van der Pas en Hugo Dekkers blikken terug op de internationale bijeenkomst.

Van der Pas: “Zonder goede contacten over de grens kun je niet aanhaken op internationale subsidieprogramma’s. Met die programma’s kunnen wij (nieuwe) bedrijvigheid in de regio verder ontwikkelen. Nationale gelden drogen in rap tempo op, Pieken in de Delta is afgelopen, de topsectoren hebben weinig middelen en de structuurfondsen (Interreg en OP-Zuid) zijn beperkt in omvang. De concurrentie op deze middelen zal in Nederland in de komende periode enorm toenemen.

Omdat bovendien niet de hele waardeketen in onze (relatief kleine) regio aanwezig is, moet je, als je de uitvoering van de regionale agenda en de bijbehorende businesscases wilt versnellen, bijvoorbeeld die voor het hergebruik van agroreststromen, dus wel de internationale samenwerking aangaan.” Dekkers: “We hebben dat netwerk en we benutten dat ook.”

Het is zeker niet zo dat we de opgebouwde kennis en kunde weggeven door andere landen in de keuken van de Biobased Delta te laten kijken, zegt Dekkers.

“Sterker nog, de Poolse delegatie van de bijeenkomst had plannen voor een eigen pilot plant. Ze hebben daarom ook de pilot plant in Gent bezocht. Nadat de Polen hadden gezien wat er allemaal bij komt kijken, beseffen ze dat het opzetten van een eigen pilot plant niet het probleem is, maar dat de moeilijkheid zit in de financiering van de jaarlijkse operationele kosten. Zij vragen zich nu af of zij wel moeten investeren in een eigen pilot plant.”

Dekkers vervolgt: “De internationale projecten kunnen ook betekenen dat waardevolle reststromen uit het buitenland beschikbaar komen voor en toegepast kunnen worden door bedrijven uit onze regio”.  Van der Pas vult aan: “Daarnaast zorgen de internationale projecten er ook voor dat wij inzicht krijgen in de ontwikkelingen in de andere landen en dat we agenda’s op elkaar aan kunnen sluiten in plaats van één op één de concurrentie aan te gaan met die, vaak grote(re), regio’s”.

Internationale samenwerking bevordert specialisatie

De bijeenkomst van december en de beoogde internationale samenwerkingen dragen ook bij aan de specialisatie van de regio, meent Dekkers. “Neem Biorizon, dat is gespecialiseerd in het omzetten van suikers en lignine naar aromaten. Daar zijn al enorme stappen gezet de afgelopen jaren. De aanwezigen zullen dit onderwerp niet zo snel zelf oppakken maar eerder de samenwerking met Biorizon zoeken. Daarom draagt dit op de langere termijn bij aan de specialisatie van onze regio. Enige overlap zal er echter altijd wel zijn.”

Er liggen nu contouren voor plannen voor een aantal van de besproken onderwerpen. De volgende stap is een werksessie om de details verder in te vullen. Of dat daadwerkelijk leidt tot succesvolle proposals voor  nieuwe projecten is nog even afwachten want ook in Brussel is de slagingskans laag. Van der Pas: “Het gebeurt in ieder geval allemaal in nauwe afstemming met de betrokken partijen die in Brussel dicht tegen de Europese Commissie aanzitten.”

Nu al spin-off voor regio

Door de gezamenlijke bijeenkomst zijn de internationale contacten concreter geworden, geven beiden aan. Dekkers: “Dat levert direct resultaat in de versnelling van onze eigen agenda, maar er is ook al sprake van spin-off. We hebben al vragen gehad uit Ierland, Polen en Zweden om te participeren in nieuwe projecten.”

Van der Pas: “Wij hebben onze gasten op hun beurt uitgenodigd en uitgedaagd om extra impulsen te geven aan de realisatie van hun eigen doelstellingen op biobased gebied. We hopen vervolgens dat wij daar dan weer voor worden uitgenodigd, zodat we wederzijds van elkaars inspanningen kunnen profiteren. Dan wordt de basis voor de internationale samenwerking nog steviger.”

Wilt u meer weten over een van de genoemde projecten (Bio Base NWE en R4R) en/of hebt u interesse in de voucherregeling van de Pilot Plant in Gent? 
Of wilt u in zijn algemeenheid weten wat er zoal komt kijken bij dergelijke vormen van internationale samenwerkt? Neem contact op met:

Hugo Dekkers                 Dennis van der Pas

                                      076 – 56 46 774

Per 1 maar is Hugo Dekkers helaas niet meer werkzaam bij REWIN. Zijn functie is overgenomen door Wiebe Logghe: 076 – 56 46 776 of 06 – 22 663 934 w.logghe@rewin.nl