REWIN

Brabantse containerterminals bundelen krachten

Dit is een nieuwsitem uit ons archief; afbeeldingen zijn weggelaten.

Bron: BNDeStem editie Moerdijk

De binnenvaart verkeert in zwaar weer. Nu de containerzeeschepen steeds groter worden en in de havens van Rotterdam en Antwerpen meer ruimte en tijd voor zich opeisen, komen de kleinere binnenvaartschepen in het nauw. Met als gevolg steeds meer containers op de weg. Het wordt daardoor steeds moeilijker om klanten die ladingen aanbieden, zekerheid te verschaffen. Immers, het is niet meer op voorhand te zeggen hoeveel tijd een schip in Rotterdam kwijt is. Daarom kiezen steeds meer bedrijven voor vervoer over de weg. En dat wil bijna niemand.

Corridor

Samen met collega’s in Tilburg en Oosterhout heeft CCT Moerdijk nu de zogeheten West-Brabant Corridor. Het belangrijkste van deze samenwerking is dat de voormalige concurrenten nu samen voor de lading van een schip zorgen. Daardoor hoeven er minder schepen in de vaart te zijn en de barges die varen zitten goed vol. ,,Van oorsprong zijn we allemaal concurrenten van elkaar. En tegenwoordig heeft elk dorp zijn eigen terminal”, zegt Luc Smits. ,,Maar daarbij wordt niet gekeken naar wat de markt vraagt.” Die vraagt snelheid, zekerheid en vooral betrouwbaarheid.

Distributiecentra

Het begint bij de distributiecentra van grote bedrijven die zich overal in het land bevinden en die alle een eigen verladers, die weer alle hun eigen terminal hebben. Allemaal erg inefficiënt georganiseerd. ,,De prijs van een barge is omgerekend ongeveer even hoog als van een truck en een chauffeur rijdt hiervandaan twee, drie keer per dag op en neer “, legt Smits uit. Iedereen kent de gevolgen. Verkeer op de A16 en de A29 staat vaker stil dan dat het rijdt.

OV-jaarkaart
Problemen zat dus. De dochter van Luc Smits zette haar vader op het spoor van de oplossing. ,,Als ik naar Schiphol moet, rijd ik met de auto. Ik sta dan altijd in de file. Toen ik een keer heel vroeg moest vertrekken wilde ik een taxi bestellen, maar toen zei mijn dochter dat ik de trein eens moest pakken.”De trein? Dat was iets nieuws voor Smits. Maar hij deed het wel. En ontdekte dat er elk kwartier een trein naar Schiphol rijdt. ,,Omdat ze betrouwbaar zijn, ga ik nu met de trein. Ik heb zelfs een OV-jaarkaart. Kun je het je voorstellen?” Als het zo met containers ook zou kunnen, kan de branche misschien wel nieuw leven worden ingeblazen. Betrouwbaarheid. Zekerheid. Smits kroop met de bazen van de Barge Terminal Tilburg, de Danser Group en later ook de Oosterhoutse Container terminal rond de tafel. Het uitgangspunt is dat ze samen zorgen voor de lading van een schip. ,,Maar we blijven concurrenten”, onderstreept Smits.

Achter elkaar

En er voor zorgen dat de schepen een vaste dienstregeling varen. Dat vraagt ook iets van het achterland, van de opdrachtgevers. Ook zij zullen hun ladingen moeten bundelen en in corridors leren denken in plaats van met halflege schepen achter elkaar aan te varen.

Het initiatief van de West-Brabant Corridor is een gevolg van het sectorbrede containerbinnenvaartoverleg dat het Havenbedrijf Rotterdam in september opzette. De aanleiding was de steeds oplopende wachttijden bij de deepsea-terminals in Rotterdam.

Verheugd

,,Wij zijn zeer verheugd met deze actie en de samenwerking tussen deepsea-terminals, inland-terminals en vervoerders”, zegt Emile Hoogsteden van het Havenbedrijf Rotterdam. Hij ziet voordelen in het overkoepelende ketenbelang en de soepele afhandeling van de containerbinnenvaart. Wil Versteijnen van de Barge Terminal Tilburg ziet de samenwerking als een onontkoombare ontwikkeling. ,,De schaalvergroting is nodig voor de hele keten.” Ben Maelissa van de Danser Group ziet nog een voordeel: ,,Door de bundeling van ladingen wordt een betere bezettingsgraad bereikt en dat is goed nieuws voor het milieu.”

Toonbeeld

De samenwerking is niet direct een succes. De containerschepen zijn nog lang niet vol. ,,De bezettingsgraad is nu ongeveer 75 procent”, weet Luc Smits. Maar het gaat hem om betrouwbaarheid. De klanten moeten weten dat er elke dag drie, vier schepen naar Rotterdam en terug varen.

Arie Rietveld van OCT (Oosterhout Container Terminal) in Oosterhout weet precies waarom hij is ingestapt. ,,De West-Brabant Corridor is een toonbeeld van betrouwbaarheid en goede samenwerking tussen sterke partijen in de logistieke keten. Dat is de reden waarom wij ons aansluiten.”

Dordtse Kil
En zo kan het gebeuren dat een leeg containerschip in Tilburg de eerste containers aan boord neemt, in Oosterhout nog een aantal en dat het schip in Moerdijk zijn laatste lading aan boord krijgt, voor het de Dordtse Kil invaart naar Rotterdam.

Maar ook het geschuif met lege containers wordt zo doelmatiger. In het verleden bracht elke terminal zijn eigen lege container naar bijvoorbeeld Rotterdam. Tot de corridor bedacht dat het efficiënter is om ze in Moerdijk te verzamelen en ze in een keer naar Rotterdam te brengen.

Heineken

En daar schuilt ook het belang van CCT in de overname van de terminal in Alphen aan den Rijn. Een terminal die bijna uitsluitend door Heineken wordt gebruikt voor de export van flessen bier. Maar naast CCT op Moerdijk zit Ardagh en daar maken ze de beroemde groene flessen van Heineken. Nu gaan er alleen maar lege container naar Alphen toe en komen er alleen maar volle vandaan. De nieuwe flesjes gaan over de weg van Moerdijk naar Zoeterwoude . Luc Smits wijst richting Ardagh. ,,Als ik straks ook de lege flessen naar Alphen kan brengen, nou, dan heb ik mijn bijdrage weer geleverd!”

Meer informatie over de West-Brabant Corridor leest u in deze infographic.