Streefpercentage groei in maintenance relatief hoog
De Nederlandse Maintenance sector is een groeimarkt en is bereid substantieel te investeren in innovatieprojecten. Dit blijkt uit onderzoek onder de leden en in het netwerk van het Dutch Insititute World Class Maintenance (DI-WCM). Het onderzoek werd bekend gemaakt tijdens het vijfde jaarcongres van DI-WCM in Breda.
"In de troonrede 2013 werd gesproken over een streefpercentage van 2,5 procent van het nationaal inkomen voor investeringen in R&D in de Nederlandse economie. Cijfers van het CBS uit 2008 laten een gemiddeld percentage van iets onder de 3 procent zien m.b.t. innovatie investeringen. Met een gemiddeld investeringspercentage van meer dan 5 procent in Maintenance, scoort de onderhoudssector dus bovengemiddeld," zo stelt ir. Lex Besselink, algemeen directeur van DI-WCM.
Meer dan een kwart van de respondenten verwacht tussen de 5 en 10 procent te investeren in innovatie en een kleine 7 procent zelfs meer dan 10 procent van het maintenancebudget. Slechts 11 procent van de respondenten verwacht minder dan 5 procent te investeren in innovatieprojecten. Het doel voor deze investeringen in innovatie is om het onderhoud van kapitaalintensieve goederen en installaties in onder andere de proces-, luchtvaart-, maritiem- en energie-industrie efficiënter en effectiever uit te voeren. Efficiënter en daardoor uiteindelijk goedkoper onderhoud draagt bij aan de versterking van de concurrentiepositie van de Nederlandse (maak-)industrie.
Groeimarkt maintenance
De maintenancesector is een groeimarkt. De resultaten van de NVDO Onderhoudskompas 2012 lieten al zien dat 70 procent van de bedrijven in Nederland verwacht dat de onderhoudsmarkt flink zal groeien. De jaarlijkse omzet in de maintenance sector strekt zich uit over een zestal sectoren – Vastgoed, Infra, Fleet, Proces, Manufacturing en Food Beverage & Farma – en bedraagt op dit moment tussen de 30 en 35 miljard euro, circa 4 procent van het bruto binnenlands product (BBP). De sector biedt werkgelegenheid aan ongeveer 260.000 tot 300.000 beroepsprofessionals in talloze disciplines.
Deze verwachting is mede gebaseerd op het feit dat veel industriële objecten zijn gebouwd in de jaren vijftig en zestig. Nu nadert de komende tijd het einde van hun levensduur. Levensduurverlengend onderhoud is dan ook actueler dan ooit en de totale toegevoegde waarde van levensduurverlengend onderhoud wordt ingeschat op 1,9 miljard euro in 2020.
Cross sectorale aanpak
Het aanpakken van innovatie door alle sectoren heen, de zogenaamde cross-sectorale aanpak heeft voor 92 procent van de maintenance professionals de voorkeur. De onderkenning van maintenance als eigen, kapitaalkrachtige sector betekent niet dat ook innovatie uitsluitend binnen de sector gedaan moet worden. Het delen van kennis en het voorkomen van tunnel denken op het eigen vakgebied zijn daarbij de belangrijkste toelichtingen.
[bron: DI-WCM]